About Me

My photo
I graduated and worked as a methodologist in psychology and created this blog as an unknown precursor of science. Information on this blog is nowhere else to be found.

Sunday, 18 October 2015

(60) The Sexual Theory of Religion (Part 1: 1-19)

Basic Dimension

http://sexualreligion.blogspot.com/ 

Number Archive




The Sexual Theory of Religion  
                                       
         ===> Artikelenlijst <===    

Robert Hare. Psychopathie wordt gekenmerkt door een gebrek aan innerlijk conflict over het overschrijden van sociale en morele normen, gebrek aan empathie met anderen, behoefte aan macht en overmatig sensatiezoeken (thrill-seeking).

Psychopathie maakt onderdeel uit van de zogenaamde donkere driehoek (dark triad), een groep van drie persoonlijkheidstrekken: Machiavellisme, narcisme en psychopathie. Deze drie trekken overlappen voor een gedeelte en zijn verbonden met een kille, manipulatieve en instrumentele omgang met anderen. Het interessante aan deze persoonlijkheidstrekken is dat ze gemakkelijk verborgen worden achter een overtuigend "masker van geestelijke gezondheid". Psychopaten en narcisten winnen gemakkelijk het vertrouwen van anderen omdat ze in eerste instantie overkomen als aardig, charmant en goedbedoelend. Alleen in een langer durend contact openbaren zij hun donkere kanten.

(621) 1. The Origin of God
(624) 2. Homosexuality, the second God
(625) 3. The SM-dyad
(628) 4. Other sexual roles
(629) 5. The Convergence Theory of the Garden of Eden
(630) 6. The antiprojection of the Garden of Eden
(631) 7. Primary and Secondary Religion
(632) 8. Inbreeding Out of Africa
(633) 9. The Myth of Abraham
(634) 10. God created primary and Secondary religion
(635) 11. Why Christianity rejected primary religion
(636) 12. Islam merged primary with Secondary religion
(637) 13. Universal Standards for Religious Civilisation
(638) 14. Anarchy ratio and Assimilation ratio
(639) 15. Cultural Archetypes
(640) 16.The Basic Formula of the Anarchy Ratio

(641) 17. The Triotheism of Christianity
(642) 18. The Sexual Space of Religion
(643) 19. The Primacy of Religion
(645) 20. Bestiality kills the Parallel Universe
(646) 21. ROM and RAM in Religion
(647) 22. Shrinking Ranks with Taylor Polynomials
(648) 23. Satan, the Human-Goat God
(650) 24. SM-Dyad and Vanilla-Dyad
(654) 25. The Fundamental Equation in Human Religion
(655) 26. Cultural Psychopaths
(656) 27. Paradise of Horror
(657) 28. Fellatio, core language of human religion
(658) 29. Honor Killings revenge for Outbreeding
(659) 30.The Honor Killing Syndrome
(660) 31.The Honor Killing of Mirjam Abarkan
(661) 32. Interaction Inbreeding with Secularism
(662) 33. Cybernetics of Islam
(663) 34. The Endgame of islam
(664) 35. The Heart of Islam
(665) 36. Analysis of a killing machine
(666) 37. The Inverse Honor Killing by Abraham
(667) 38. The Unconscious Paradise Culture
(668) 39. Sexual Scales in Islam
(669) 40. Psychology of Allahu Akbar
(670) 41. Islam broken down by Sex
(671) 42. Why Christianity converted the Tree of Life
(673) 43. Inbreeding is the Origin of Human Religion
(673) 44. A Fundamental Analysis of Honor Killings and Acid Attacks



(621) 1. The Origin of God


Assumption 1: God is a sexual ideal projection of higher mammals in the alpha male. He personifies the role of polygamous heterosexuality.



Assumption 242: Polygamy leads to inbreeding in patriarchies (Islam) and to outbreeding in matriarchies (bonobos and elephants).



Assumption 2: Gods are sexual roles.


Human religion has some simple side conditions:


1: Former human beings (Homininae) saw God as a male sexual ideal projection which personified polygamous heterosexuality.



Assumption 1: God is a sexual ideal projection of higher mammals in the alpha male. He personifies the role of polygamous heterosexuality.

2: Later human beings (Homo sapiens) are primarily searching for eternal survival, in which God is projected in the parallel universe as an immortal personification. A mortal God would not be worshiped.



Assumption 247: Later humans projected God in the parallel universe as an immortal personification of Homo sapiens. A mortal God would not be worshiped.


Assumption 193: The primal law of animal religion is the commandment: thou shalt reproduce in genetic diversity.



Assumption 195: Religion is born in groups of higher mammals and concerns the battle between genetic monoculture and genetic diversity.



Assumption 196: The measure of religion is group permeability.



Assumption 196: The measure of religion is group permeability seen in integration, assimilation and segregation.



Assumption 236: The permeability of a culture (exogamy or endogamy) is determined by the degree of empathy with sexual roles.



Assumption 197: The meaning of religion is finding a balance between genetic monoculture and genetic diversity.



Assumption 198: The alpha male is a polygamous heterosexual and monotheistic God, who attaches to genetic monoculture. In the anti-projection we find 'other sexual roles' (mostly female roles), pursuing genetic diversity.




Patriarchal religion:

Assumption 50: The polytheistic space of gods (in the archetype of God) exists of five sexual dimensions. With two dimensions, heterosexuality is opposed to other sexual roles. With five dimensions it concerns the following hierarchy:

1: First God: male heterosexuality. [Alpha male]
2: Second God: male homosexuality. [homosexual clergy]
3: Third God: female sexual roles
4: Fourth God: pedophilia
5: Fifth God: bestiality




Matriarchal religion:

Assumption 50: The polytheistic space of gods (in the archetype of God) exists of five sexual dimensions. With two dimensions, heterosexuality is opposed to other sexual roles. With five dimensions it concerns the following hierarchy:

1: First God: female heterosexuality. [Alpha female, FEMDOM]
2: Second God: female homosexuality. [Lesbian]
3: Third God: male sexual roles
4: Fourth God: pedophilia
5: Fifth God: bestiality


Matriarchale religie

Assumptie 99: Bij matriarchale religie wordt de seksuele ideaalprojectie in de alpha female geprojecteerd (Olifanten, bonobo's).

1: Eerste God: vrouwelijke heteroseksualiteit. [Alpha female, FEMDOM]
2: Tweede God: vrouwelijke homoseksualiteit. [Lesbische rel]
3: Derde God: mannelijke seksuele rollen.
4: Vierde God : pedofilie.
5: Vijfde God: bestialiteit


Assumptie 3: Deze seksuele ideaalprojectie leidde in de evolutie tot het fysiologische archetype Gods.

Assumptie 4: Het fysiologische archetype Gods leidde tot het godsbesef. Het gevoel dat er iets moet zijn. Maar ook tot de lust om zelf een God te zijn en om zelf seksuele macht uit te oefenen. Want anders heeft een dergelijke projectie geen zin.

- Wij volstaan hier met vier operationalisaties van dierenreligie:

1: Religie is een gedaante van de seksualiteit.
2: Religie is een uiting van het groepsinstinct.
3: Religie is de verdeelsleutel van het onderworpen geslacht.
4: Religie stelt het onderworpen geslacht de seksuele regels.

- Wij volstaan hier met één operationalisatie van mensenreligie:

5: Religie is voor de mens de zoektocht naar het eeuwig voortbestaan.


Assumption 4: We offer one operationalization of human religion:


Assumption 4: Human religion is the search for eternal life.


Assumption 4:
- We give four operationalizations of animal religion in mammal groups:

1: Religion is a form of sexuality.
2: Religion is an expression of the group instinct.
3: Religion is the distribution key for the subordinate sex *.
4: Religion sets sexual rules for the subordinate sex *.

- We give one operationalization of human religion:
5: Human religion is the search for eternal life.

*Note although female animals are often sexually dominated by males, their freedom to choose their own male is usually guaranteed. Hence, the animal world is dominated by genetic diversity.


The alpha male is the strongest male with genes for optimal protection of all females. But basically he is dealing with genetic monoculture in the group of higher mammals, only serving the immediate survival of the group. Because, in the long run the genes of the strongest male will be over-represented in his descendants. And in the long term that would lead to inbreeding.


Assumption 170: In endogamic cultures SM-dyad is the fight between male genetic monoculture (Tree of Life) and female genetic diversity (Tree of Knowledge). SM-dyad is called the Myth of Paradise.


Assumption 172: In exogamous cultures, as in the animal world, the Vanilla dyad between male and female pursues genetic diversity.
 


Assumptie 126: Het bijzondere van mensenreligie is dat uit seksualiteit ook een eeuwigheidsprojectie valt af te leiden. Die eeuwigheidsprojectie werd in de alpha male geprojecteerd en dat is wat mensenreligie onderscheidt van dierenreligie. Het is een projectie die voor eeuwig geldt en die men 'God' noemt. Want een sterfelijke God bestaat niet. De mensengod is daarom altijd de alpha male uit dierenreligie maar dan met eeuwigheidswaarde. Religie is voor de mens de zoektocht naar het eeuwig voortbestaan.


Assumptie 58: Religie is het geheel van seksuele voorschriften ter afdwinging van beheersing en uitstel van behoeftebevrediging.


Assumptie 59: In religie claimt men transcendente authoriteit waar openlijke seksuele bemoeienis gênant zou zijn.


Assumptie 119: Religie verandert met de seksuele regels voor de vrouw.

Binnen religie scharen groepsleden zich achter de leider. Primaire religie bakent de seksuele verhoudingen binnen de groep af. Het onderworpen geslacht wordt toegewezen en van seksuele richtlijnen voorzien.


(624) 2. Homosexuality, the second God


Assumptie 5: De tweede God is homoseksualiteit.


(646) 21. ROM and RAM in Religion

Assumptie 52: Het christendom is een overgangsvorm van patriarchale naar matriarchale religie. Het heeft de natuurlijke orde der goden gewijzigd en daarmee de hoofdwet van religie in vervulling doen gaan. Heteroseksualiteit werd ingewisseld tegen overige seksuele rollen als eerste God, ter ontzetting van de vrouw.


Assumptie 15: De hoofdwet van religie is de relatie tot de vrouw. Daarin ziet de man zijn vrouw als subject of als object.


Assumption 15: The main law of religion is the relationship between man and wife. Therein he sees his wife as subject or as object.


Assumptie 53: Na de Romeinse tijd maakte de homoseksuele clerus zich van het christendom meester. In Jezus projecteerde men de homoseksuele God, die het primaat kreeg boven de heteroseksualiteit van de alpha male.

In overige seksuele rollen zijn homo's, vrouwen, kinderen en dieren het onderwerp. Zij worden als objecten beschouwd (236)(239). Wij voegen hier nog 'anders gelovigen' aan toe.


Assumption 170: Other sexual roles are homosexuals, women, children and animals. They are regarded as objects. We add to this category 'other faiths'.

(625) 3. The SM-dyad


Assumptie 6: De SM-dyade is de bouwsteen van de relatie tussen man en vrouw. Het sadomasochisme is de interactie tussen moordlust, seksuele lust en een fleem van kannibalisme.


Assumption 6: The SM-dyad is the building block of the relationship between husband and wife. Sadomasochism is the interaction between the killer instinct, the sexual instinct and a touch of cannibalism.


Assumptie 68: Bij de mens is het aantal goden in de godenruimte in het archetype Gods van nature onbegrensd, met de SM-dyade als principale component. Door testosteron wordt deze ruimte gaandeweg ingeperkt tot één dimensie, de SM-dyade. Bij oestrogenen blijft de meerdimensionaliteit onaangetast.


Assumption 68: In humans, the number of gods in the archetype of God is by nature unlimited (polytheism), with SM-dyad as principal component (main factor) of the space of gods. By testosterone (monotheism) this number of god factors is gradually restricted to one dimension, called SM-dyad or Allah construct. With oestrogens multi-dimensionality remains unaffected. This means that males tend to monotheism and females to polytheism. (goed)


Assumption 68: In humans, the number of dependent gods (n) in the polytheistic space of gods (rank = m = 5 vectors) in the archetype of God (rank = p = 5 factors) is naturally unlimited, with the SM-dyad as principal component (main factor)(p = 1).

SM-dyad is called 'monotheism' otherwise. With male testosterone this space will be gradually restricted to only one conscious dimension (p = 1), the SM-dyad or Allah-construct, named otherwise monotheism or sadomasochism.

Remaining (m - p = 4) components are relegated to the unconscious. But in case of oestrogens all sexual factors (p = 5) remain unaffected in the conscious of women. (goed)


Assumptie 69: De SM-dyade is de fysieke eendimensionaliteit in de godenruimte van het archetype Gods, het machtscentrum van de man en komt bij jongens tot ontplooiing door testosteron. De samenleving kan hem wel een meerdimensionale projectie op cultuur afdwingen.


Assumption 69: SM-dyad is the physical one-dimensionality in the space of gods of the archetype of God, the power center of males to come to fulfillment by testosterone. Society can enforce a multi-dimensional projection on culture.


Assumptie 70: De Vanille-dyade is de fysieke meerdimensionaliteit in de
godenruimte van het archetype Gods. Dit als gevolg van projectie op een meerdimensionale cultuur bij jongens, of door ontplooiing door oestrogenen bij meisjes.
 


Assumption 70: Vanilla-dyad is the physical multi-dimensionality in the
space of gods of the archetype of God. This is due to projection on a multi-dimensional culture in boys, or development by oestrogens in girls.


Assumptie 71: Sadomasochistisch gedrag komt ook bij dieren voor, maar voor sadomasochistische beleving is empathie nodig, een bij uitstek menselijke verworvenheid.

Assumption 71: Sadomasochistic behavior occurs also in animals, but for sadomasochistic mental experience empathy is needed, an outstanding human achievement.



Assumptie 72: SM-dyades en Vanille-dyades zijn menselijke interacties. Ook binnen de SM-dyade beschouwt men de partner empathisch als subject. Beschouwing van de partner zonder empathie als object kan worden gezien als dierlijk SM-gedrag. Wanneer er daarnaast ook nog sprake is van een machtsrelatie, dan neigt het geheel tot parafilie. Parafilie is te zien als een seksuele perversie waarbij het erotische contact met een gelijkwaardige partner niet volstaat. Het wordt gezien als een abnormale uiting van seksualiteit.


Assumption 72: SM-dyads and Vanilla-dyads are human interactions. Also within SM-dyad as BDSM play one considers the partner emphatically as a subject. But the partner seen as object, without any empathy can be seen as animal SM-behavior. If there is no equivalence in the sexual relationship, it is called paraphilia. Paraphilia is seen as a sexual perversion in which the erotic contact within an equivalent partnership is not enough. It is seen as an abnormal expression of sexuality.


Assumptie 67: Assumptions SM-dyads.

First assumption: SM-dyad is the basic relationship between man and woman in human nature. It is a relationship that mankind will haunt until the farthest stars.

Second assumption: SM-dyad only in SM-tetrads leads to stable relationships. A solitary SM-dyad disrupts society and drives men to anarchy and bloodlust.


Third assumption: SM-dyad can temporarily transform into Vanilla dyad, in which case ultimately equal rights for men and women are obtained.


Fourth assumption:

Because equivalence is against male nature, Vanilla-dyad remains subordinate to SM-dyad. It is and will remain a substitute for the male sexual instinct. Which means that SM-dyad in the background is always present, always searching for new ways to self-realization. SM-dyad will always restore the primal relation between husband and wife.

Fifth assumption: The temporary primacy of Vanilla dyad is enforced by the intellectual development of women. Without her cooperation with SM, SM-Tetrad disintegrates into a single SM-dyad.


Assumptie 67: Aannamen SM-dyade:

Eerste aanname:De SM-dyade is de basisrelatie tussen man en vrouw in de menselijke natuur. Het is een relatie die de mens tot op de verste sterren zal achtervolgen.

Tweede aanname:De SM-dyade leidt alleen in een SM-tetrade tot stabiele relaties. Een solitaire SM-dyade ontwricht de samenleving en drijft mannen tot anarchie en moordlust.

Derde aanname:De SM-dyade kan tijdelijk overgaan in een Vanille-dyade, in welk geval uiteindelijk ook maatschappelijke instituties tot gelijkberechtiging van man en vrouw overgaan.

Vierde aanname:Omdat gelijkberechtiging tegen de mannelijke natuur in gaat blijft de Vanille-dyade ondergeschikt aan de SM-dyade. Zij is en blijft een substituut voor het mannelijke seksuele instinct. Wat betekent dat de SM-dyade op de achtergrond altijd aanwezig blijft, altijd naar nieuwe wegen zoekt tot zelfverwerkelijking. De SM-dyade zal de oerrelatie tussen man en vrouw altijd weer herstellen.

Vijfde aanname:Het tijdelijke primaat van de Vanille-dyade wordt afgedwongen door de intellectuele ontwikkeling van de vrouw. Zonder haar medewerking aan SM valt de SM-tetrade uiteen tot een enkelvoudige SM-dyade.


Assumptie 67: Assumptions SM-dyads.

First assumption: SM-dyad is the basic relationship between man and woman in human nature. It is a relationship that mankind will haunt until the farthest stars.

Second assumption: SM-dyad only in SM-tetrads leads to stable relationships. A solitary SM-dyad disrupts society and drives men to anarchy and bloodlust.

Third assumption: SM-dyad can temporarily transform into Vanilla dyad, in which case ultimately equal rights for men and women are obtained.

Fourth assumption:

Because equivalence is against male nature, Vanilla-dyad remains subordinate to SM-dyad. It is and will remain a substitute for the male sexual instinct. Which means that SM-dyad in the background is always present, always searching for new ways to self-realization. SM-dyad will always restore the primal relation between male and female.

Fifth assumption: The temporary primacy of Vanilla dyad is enforced by the intellectual development of women. Without her cooperation with SM, SM-Tetrad disintegrates into a single SM-dyad.

(628) 4. Other sexual roles

Projectie en antiprojectie

Bij het monotheïsme bestaat er slechts een eendimensionale godenruimte in het bewuste van de man. De eerste seksuele rol is die van de alpha male, het betreft polygame heteroseksualiteit. Dit noemen wij onze eerste God. De tweede rol is een verzameling van 'overige seksuele rollen'. Het betreft de antiprojectie op mannelijke heteroseksualiteit. Deze worden niet bewust empathisch doorleefd.

In overige seksuele rollen zijn homo's, vrouwen, kinderen en dieren het onderwerp. Zij worden als objecten beschouwd (236)(239). Wij voegen hier nog 'anders gelovigen' aan toe.

Assumption 87: Other sexual roles are homosexuals, women, children and animals. They are regarded as objects. We add to this category 'other faiths'.


Assumptie 87: Overige seksuele rollen zijn homo's, vrouwen, kinderen en dieren. Zij worden als objecten beschouwd. Wij voegen hier nog 'anders gelovigen' aan toe.


Assumption 87: Other sexual roles are homosexuals, women, children and animals. They are regarded as objects. We add to this category 'other faiths'.


Assumption 87: In Islam, other sexual roles are homosexuals, women, children and animals. They are seen as objects. Finally we add ‘other religions’.

Remember that Jesus is a God, as the son of God. God stands for the first sexual role of male heterosexuality, Jesus stands for the antiprojection of all other roles. Therefore Christianity is a form of polytheism.


Assumptie 88: Uit de verering van de patriarch van de stam sprak de religie van de stam. Leden van andere stammen waren anders gelovigen die als objecten werden afgeslacht.


Assumptie 89: Het inteeltinstinct onderscheidt tussen stamleden en niet-stamleden, tussen gelovigen en anders gelovigen. Uit dit instinct kwam de eendimensionale cultuur van islam voort. Deze cultuur onderscheidt tussen mannelijke heteroseksualiteit en overige seksuele rollen. Anders gelovigen maken hier deel van uit. Overige seksuele rollen bevinden zich daarom zowel binnen als buiten de stam.


Assumptie 90: Aanvaarding van de scheiding van moskee en staat in een
tweedimensionale cultuur heft de scheiding op tussen mannelijke heteroseksualiteit en overige seksuele rollen binnen de eigen stam. Anders gelovigen worden nog steeds vervolgd. Secularisatie laat daarom de scheiding tussen gelovigen en anders gelovigen, tussen stamleden en niet stamleden, onverlet. Bedoeld wordt dat secularisatie het inteeltinstinct niet kan elimineren.


Assumptie 91: Aanvaarding van de scheiding van moskee en staat in islamitische culturen zal het inteelt instinct niet doven. Dwang tot religieuze endogamie dient bij wet bestreden te worden.




(629) 5. The Convergence Theory of the Garden of Eden

Het Paradijsverhaal

Het paradijsverhaal is al miljoenen jaren oud. Het is een permanent terugkerende oprisping uit de diepste spelonken van de mannelijke geest. Een geest die gevoed wordt door testosteron, wat zich vertaalde naar incest en inteelt en daardoor een religieuze uitstraling kreeg. Later kwam daar ook nog reïncarnatie bij:

1: Dierenreligie genetische diversiteit (1).
2: Mensenreligie: Incest en inteelt deels genetische monocultuur (2).
3: Mensenreligie: Aardse reïncarnatie genetische variatie (3).
4: Mensenreligie: Reïncarnatie + incest en inteelt deels genetische monocultuur (4).
5: Mensenreligie: Reïncarnatie zonder incest en inteelt genetische variatie (5).

Ontwikkeling menselijke religie:

De dierlijke fase van religie is zuivere voortplanting in genetische diversiteit (1).

Animals:

Animal religion = a Seks

Hieronder valt ook bestialiteit. Want:
1: Religie is een gedaante van de seksualiteit.
En dieren en mensen nemen bij bestialiteit aan dezelfde religie deel.



Assumptie 7: Stoffelijk voortbestaan in de nazaten door incest en inteelt is de eerste fase van menselijke religie. De mens leeft hierdoor zelf niet eeuwig. Het is deels een genetische monocultuur (2).


Assumption 7: The first phase of human religion started as the search for eternal life by genetic reproduction through inbreeding and incest in the offspring. Man himself would die. It was partly a genetic monoculture (2).

First humans:
Human religion = a Sex + b P(inbr)


Dieren die door natuurlijke barrières van hun soortgenoten gescheiden raken planten zich voort door incest en inteelt. De eerste mensen die er in kleine groepen op uit trokken, beseften dat saturatie van hun genen in het nageslacht tot een zuiverder genetische projectie in de eeuwigheid leidde. Zelf zou men evenwel niet terugkeren. Incest en inteelt vormen daarom de basis van alle menselijke religie, maar berusten niet noodzakelijk op transcendentie.

Animals separated from their fellow species by natural barriers reproduce by inbreeding and incest. First East African Hominins migrating in little groups over long distances were prevented from sexual contact with others. They must have perceived that a forced saturation of their genes in the offspring led to a purer genetic projection to eternity.


Assumption 142: Human inbreeding is an unconditioned stimulus followed by an unconditioned response of genetic immortality in the (earthly) universe.

At the same time they learned that raping women abducted from other tribes was essential to avoid autosomal recessive disorders and extinction. 


Assumptie 8: Reïncarnatie in de nazaten en andere levende wezens is de tweede fase van menselijke religie. De mens leeft hierdoor voor eeuwig voort. Het betreft genetische variatie (3).

Assumption 8: The second phase of human religion is the search for eternal life by reincarnation into the offspring and other living beings. Man attained eternal life as an individual. It depends on genetic diversity.


Assumption 143: In primary religion*, inbreeding is a conditioned stimulus followed by a conditioned response (of expectation) of reincarnation into the (earthly) universe.

Later humans (and p.ex. Voodoo):

Human religion = a Sex + c P(reinc)


Reïncarnatie is te zien als transcendente doorbraak in het menselijk denken waarvoor een hoog abstractie niveau vereist is. De mens komt na zijn dood op enigerlei wijze opnieuw tot leven. Reïncarnatie werd de tweede revolutie in menselijke religie. Dat is wat thans algemeen onder 'religie' wordt verstaan.

Men wilde van incest en inteelt af en losten dit op met reïncarnatie in alle mogelijke nabestaanden. Men plantte zich ook voort in vrouwen van andere stammen. Men gooide daarmee wel een essentieel deel van menselijke religie weg - de saturatie van stamgenen over vele generaties - maar behield het meest attractieve deel waardoor men zelf zou reïncarneren. Het afzien van incest en inteelt was een religieuze revolutie voor de mens en feitelijk de eerste stap om zich te bevrijden van mensenreligie, dat mogelijk op een fallacy van de geest berustte. Reïncarnatie tekent ook de overgang van stam-endogamie naar etnische en religieuze endogamie.


Assumptie 9: Reïncarnatie in de nazaten door incest en inteelt is de derde fase van menselijke religie. Het is deels een genetische monocultuur (4).


Assumption 9: The third phase of human religion is the search for eternal life by reincarnation into the offspring, where inbreeding and incest was a prerequisite. Man would not die and return into his tribal genes. It is partly a genetic monoculture (4).

Combined later in Paradise culture:

a Sex + b P(inbr) + c P(reinc) +e P(inbr)P(reinc)


Het ligt voor de hand dat als derde stap in de ontwikkeling van menselijke religie beide voorgaande fases gecombineerd zouden worden. De mens leefde in kleine elkaar veelal vijandig gezinde groepen en waar kon men anders reïncarneren dan in de eigen groep? Dit inzicht leidde tot de angst dat de stam over te weinig nakomelingen zou beschikken voor reïncarnatie van de voorouders. Uit deze obsessie ontstond de paradijscultuur, de gesel voor de vrouw.



Assumptie 13: Reïncarnatie in de hemel van het parallelle universum is de vierde fase van menselijke religie. Het betreft genetische variatie (5).


Assumption 13: Reincarnation into heaven of the parallel universe is the fourth phase of human religion. It concerns genetic variation (5).



Assumption 144: In Secondary religion*, inbreeding is a conditioned stimulus followed by a conditioned response (of expectation) of reincarnation into the parallel universe.

Christianity (Secondary religion):

a Sex + d S(reinc)
 

De vierde fase van mensenreligie is reïncarnatie in de hemel van het parallelle universum. Het is de doorgetrokken lijn van de tweede fase van reïncarnatie waarin incest en inteelt niet meer nodig waren. Maar dat beperkte zich tot het aardse universum, waar het lichaam van de vrouw nog als object nodig was. Reïncarnatie tekent ook de overgang van stam-endogamie naar etnische en religieuze endogamie.

Incest en inteelt leidden tot het uitsterven van de groep aan autosomale recessieven. En daarom werden vrouwen over en weer als slavinnen buitgemaakt om de genenpool weer van vers bloed te voorzien. Religieuze oorlogen zijn seksuele oorlogen.

Anders dan bij christelijke culturen die meestal niet uit stam endogamie waren opgebouwd, bestaan islamitische woestijnvolkeren al tienduizenden jaren uit stam-endogamie.

Het lukte het monotheïsme simpelweg niet meer om incest en inteelt te verbieden en er ontstond een gemengde cultuur van stam endogamie (Sadia Sheikh en Gülsüm Selim), etnische en religieuze endogamie (Mirjam Abarkan):

Islam (combined primary and secondary religion):

a Sex + b P(inbr) + c P(reinc) + d S(reinc) + e P(inbr)P(reinc) +
+ f P(reinc)S(reinc) + g P(inbr)P(reinc)S(reinc)



Assumptie 45: Het parallelle universum maakt incest en inteelt en reïncarnatie in aardse nazaten overbodig.


Assumption 10: The inbreeding law of paradise:
The increase in inherited tribal faults enhances the belief in reincarnation: Rein. <=> f(C.O.I.; Coefficient of Inbreeding).


Assumptie 11: De Convergentietheorie van het Paradijs:
In de paradijscultuur zag de mens incest en inteelt (boom der kennis) als beste middel om reïncarnatie in de nazaten van het aardse universum te bereiken (boom des levens). Deze cultuur leeft nog steeds voort binnen de islamitische cultuur, zij het dat stam endogamie overging in ethnische endogamie en tenslotte in religieuze endogamie.


(630) 6. The antiprojection of the Garden of Eden
(631) 7. Primary and Secondary Religion


Assumptie 12: Menselijke religie is gericht op het eeuwig voortbestaan. Twee vormen waren vanaf het begin aanwezig: primaire en secundaire religie.

A) Primaire religie: assumpties 7,8 en 9 in de nazaten van het aardse universum.

Primaire religie is gericht op het eeuwig voortbestaan in het aardse universum door incest en inteelt en/of reïncarnatie in de nazaten. Het betreft genetische monocultuur en genetische variatie. Het ziet de vrouw als object en is de seksualisering van religie. Voor primaire religie geldt dat de kuisheidscultus voor de vrouw slechts de eeuwigheidscultus van de man dient.

B) Secundaire religie: assumptie 13 betreft de hemel van het parallelle universum en is de vierde fase van menselijke religie. Het betreft genetische variatie (5).


Assumptie 13: Secundaire religie is gericht op het eeuwig voortbestaan in het
parallelle universum door reïncarnatie in de hemel. Het betreft genetische variatie (5). De noodzaak tot incest en inteelt valt dan weg. Het is de vierde fase van menselijke religie. Het ziet de vrouw als subject en is de deseksualisering van religie.



Assumptie 45: Het parallelle universum maakt incest en inteelt en reïncarnatie in aardse nazaten overbodig.


Assumptie 46: Het parallelle universum onderscheidt metafysische religie van dierenreligie door deseksualisatie.

Maar dat betekent niet dat het lot van de vrouw daardoor automatisch verbeterde. Zij werd nog steeds mee begraven met haar overleden man op weg naar de sterren van het parallelle universum. Daarbij maakte het niet uit of zij nu wel of niet tot de stam behoorde.


A) Primaire religie is gericht op het eeuwig voortbestaan in het aardse universum door incest en inteelt en/of reïncarnatie in de nazaten.

B) Secundaire religie is gericht op het door reïncarnatie eeuwig voortbestaan in de hemel van het parallelle universum zonder incest en inteelt.

In een wat andere context: Primaire religie is oorspronkelijke religie en een vorm van seksualiteit. Secundaire religie is hierop een esotherische en occulte reactie. Het is een vorm van deseksualisatie.

Islam is een gemengde religie van primaire en secundaire religie.



Assumption 46:

A) Primary religion concerns eternal life in the (earthly) universe by inbreeding and incest and/or reincarnation into the offspring.

B) Secondary religion concerns eternal life by reincarnation into heaven of the parallel universe without inbreeding and incest.

Primary religion is primitive and sexualized religion. Secondary religion is esoteric, occult and desexualized.

Islam is a mixture of primary and Secondary religion. Christianity is pure Secondary religion.

But most of all: in the parallel universe inbreeding and incest make no sense any longer, because men will not return on earth, liberating the woman’s body.

There’s just one exception: though religious endogamy (Islam) resort under the parallel universe (Allah), and partly ended tribal inbreeding and incest, it still insists on marriages within the religious group. Deviant woman-characters are still being killed every day.
 


Assumptie 14: Binnen secundaire religie ontwikkelde zich het Westermarck-effect waardoor mannen de seksuele interesse in hun dochters en zusters verloren.


Assumptie 15: De hoofdwet van religie is de relatie tot de vrouw. Daarin ziet de man zijn vrouw als subject of als object.


Assumption 15: The main law of human religion is the relationship between men and women. Therein man sees his wife as subject or as object.

Merk op dat het verschil tussen primaire en secundaire religie niet hetzelfde is als tussen polytheïsme en monotheïsme. Zo is islam monotheïstisch en het christendom polytheïstisch. En de patriarch van de clan was in primaire religie zijn eigen God en als egotheïst in feite monotheïst, maar evengoed vereerde hij daarnaast nog tal van aardse goden in het polytheïsme. Het onderscheid polytheïsme-monotheïsme is op geheel andere wijze essentieel voor de hoofdwet van menselijke religie, die onderscheidt naar de vrouw als object of als subject:

- Primaire versus secundaire religie onderscheidt naar reïncarnatie in het aardse of parallelle universum, naar seksualisering of deseksualisering van religie.

- Monotheïsme versus polytheïsme onderscheidt naar de dimensionaliteit van het archetype Gods in het machtscentrum van het hoofd van de man. Bij monotheïsme ontwikkelt zich veelal geen geïntegreerde seksuele identiteit.

(632) 8. Inbreeding Out of Africa


De eerste mensen:

Assumptie 7: Stoffelijk voortbestaan in de nazaten door incest en inteelt is de eerste fase van menselijke religie. De mens leeft hierdoor zelf niet eeuwig. Het is deels een genetische monocultuur.

West Afrikaanse volkeren:

Assumptie 8: Reïncarnatie in de nazaten en andere levende wezens is de tweede fase van menselijke religie. De mens leeft hierdoor voor eeuwig voort. Het betreft genetische variatie.

- Genetische variatie (alpha male).
- Los gezinsverband in gedesintegreerde samenleving.
- Geen controle op de dochters. De clitoris en kleine schaamlippen worden vroegtijdig afgesneden zodat de vader niet meer naar zijn dochters hoeft om te zien. Hij is weinig thuis omdat hij achter de vrouwen aangaat.
- A priori vrouwenonderdrukking: Female Genital Mutilation (FGM)

Oost Afrikaanse volkeren:

Assumptie 9: Reïncarnatie in de nazaten door incest en inteelt was de derde fase van menselijke religie. Het is deels een genetische monocultuur.

- Deels genetische monocultuur (Paradijsdoctrine).
- Verstikkend gezinsverband in goed georganiseerde samenleving.
- Extensieve controle van de dochters. De vader controleert en begeleidt het seksuele gedrag van zijn dochters actief. Zij mag bijvoorbeeld niet zonder man de deur uit.
- A posteriori vrouwenonderdrukking: Steniging na overspel, neerzuring na weigering broedstoofschap dochter.

Christendom:

Assumptie 13: Secundaire religie is gericht op het eeuwig voortbestaan in het
parallelle universum door reïncarnatie in de hemel. Het betreft genetische variatie. De noodzaak tot incest en inteelt valt weg. Het is de vierde fase van menselijke religie. Het ziet de vrouw als subject en is de deseksualisering van religie.


Assumption 13: Secondary religion concerns eternal life into the parallel universe by reincarnation into heaven. It consists of genetic variation. The reason for inbreeding and incest is senseless in the parallel universe. It is the fourth phase of human religion. Secondary religion sees women as subjects an desexualized religion.

Islam (uit Oost Afrikaanse volkeren):


Assumptie 16: Mengvorm assumptie 9 met assumptie 13 (Paradijscultuur x islam).


Assumption 16: Mixture assumption 9 with 13.


Assumptie 9: Reïncarnatie in de nazaten door incest en inteelt was de derde fase van menselijke religie. Het is deels een genetische monocultuur.


Assumptie 13: Secundaire religie is gericht op het eeuwig voortbestaan in het
parallelle universum door reïncarnatie in de hemel. Het betreft genetische variatie. De noodzaak tot incest en inteelt valt weg. Het is de vierde fase van menselijke religie. Het ziet de vrouw als subject en is de deseksualisering van religie.


Voedoe (uit West Afrikaanse volkeren):


Assumptie 17: Mengvorm assumptie 8 met assumptie 13 (Voedoe x christendom).



Assumptie 8: Reïncarnatie in de nazaten en andere levende wezens is de tweede fase van menselijke religie. De mens leeft hierdoor voor eeuwig voort. Het betreft genetische variatie.



Assumptie 13: Secundaire religie is gericht op het eeuwig voortbestaan in het
parallelle universum door reïncarnatie in de hemel. Het betreft genetische variatie. De noodzaak tot incest en inteelt valt weg. Het is de vierde fase van menselijke religie. Het ziet de vrouw als subject en is de deseksualisering van religie.


(633) 9. The Myth of Abraham

Assumptie 18: Het aan Abraham voorgelegde dilemma was niet zozeer de keus tussen polytheïsme en monotheïsme, tussen aardse afgoden en de enige God in het parallelle universum, maar tussen primaire en secundaire religie (reïncarnatie).

Want door het doden van zijn eniggeboren zoon zou Abraham wel incest, inteelt en reïncarnatie in aardse nazaten kunnen afsnijden maar niet het geloof in aardse goden. Dat is een interne ideaalprojectie die als inteeltinstinct dan achterblijft. Abraham kon zijn loyaliteit aan de God in het parallelle universum door de mythe wel aannemelijk maken, maar hij kon daarmee zijn ongeloof in interne godsprojecties voor stamhoofden niet bewijzen. Dit falsifieert de religieuze verklaring van de mythe van Abraham.




Assumptie 18: Het aan Abraham voorgelegde dilemma was niet zozeer de keus tussen polytheïsme en monotheïsme, tussen aardse afgoden en de enige God in het parallelle universum, maar tussen primaire en secundaire religie (reïncarnatie). Want door het doden van zijn eniggeboren zoon sneed Abraham wel de incest, inteelt en reïncarnatie in zijn aardse nazaten af maar niet het geloof in aardse goden. Abraham kon zijn geloof in het parallelle universum door de mythe wel bewijzen, maar kon zijn geloof in de ENIG BESTAANDE God hierdoor onmogelijk aantonen. Hij kon zijn ongeloof in aardse goden daarmee niet aantonen. Dus bleef hij polytheïstisch. Dit falsifieert de religieuze verklaring van de mythe van Abraham.

Dat polytheïsme en monotheïsme hier synchroon lopen met aardse en hemelse reïncarnatie is to miss the point. De werkelijke bedoeling van de mythe was om de stamhoofden van de paradijscultuur voor de monotheïstische seksuele dictatuur te winnen, door incest en inteelt en daarmee de goddelijke macht der stamhoofden in hemelsnaam maar voor lief te nemen, als men zich maar onder de paraplu van het monotheïsme wilde schikken.

Of maken wij hier een denkfout? Was de reductie van polytheïsme tot monotheïsme wel het eigenlijke doel van God met Abraham? Dat concludeert men uit de schrift. Maar is het ook waar? Neen, men wilde de stamhoofden de macht ontnemen over het eigen aardse voortbestaan in de nazaten middels incest en inteelt. Toen dit niet lukte sloot God met Abraham een compromis.

Assumptie 18: Het aan Abraham voorgelegde dilemma was niet zozeer de keus tussen polytheïsme en monotheïsme, tussen aardse afgoden en de enige God in het parallelle universum, maar tussen primaire en secundaire reïncarnatie. Want wie zijn eigen reïncarnatie regelt heeft absolute macht over het eeuwig voortbestaan.

Door het doden van zijn eniggeboren (!) zoon zou Abraham weliswaar reïncarnatie in zijn aardse nazaten afsnijden, maar niet zijn geloof in aardse stamgoden. De externe godsprojectie van de patriarch zou zijn verwoest, maar zijn interne projectie op het eeuwig voortbestaan was intact gebleven.

Hetzelfde geldt voor het verbod op afgodsbeelden. Externe godsprojecties kan men verbieden maar interne niet. Men kan een meerdimensionale ruimte daarom niet met een pennestreek eendimensionaal maken. Polytheïsme noch aardse reïncarnatie konden verwijderd worden.



Assumption 18: The dilemma presented to Abraham was not so much the choice between polytheism and monotheism, between earthly idols and the only God in the parallel universe, but between primary and secondary reincarnation, between reincarnation into the (earthly) universe and into heaven of the parallel universe. Because, who can arrange his own reincarnation has absolute power over the afterlife and does not need the parallel universe of monotheism any longer.


Assumption 18: The dilemma presented to Abraham was not so much the choice between polytheism and monotheism, between earthly idols and the only God in the parallel universe, but between primary and secondary reincarnation, between reincarnation into the (earthly) universe and heaven of the parallel universe. Because, who can arrange his own reincarnation has absolute power over the afterlife and does not need the parallel universe of monotheism any longer.

Both, reincarnation into the offspring by inbreeding and incest and reincarnation into earthly living beings undermined the power of monotheism, what's only weapon was reincarnation into the parallel universe.

But monotheism was wise and realized that tribal cultures easier abandoned reincarnation into animals than that they gave up their instinct of inbreeding.

By killing his only tribal begotten(!) son, Abraham indeed would cut off reincarnation into earthly descendants, but he would not lose his faith in earthly tribal gods.

That’s because we assume inbreeding is an instinct in endogamous cultures. Hence, the external projection of the patriarch as a God himself would be destroyed by the kill of his only son, but his internal projection on continued tribal existence remained intact. Just to say that you can’t tell a tribal head (a Muslim male) that his inbreeding instinct does not exist any longer.

The same applies to the prohibition of idols (animals). External projections of gods (statues) can be forbidden, but internal representations remain. Therefore one cannot change a multi-dimensional god-space into a single dimension with a pen-stroke. Neither polytheism, nor earthly reincarnation could be removed by monotheism.
Thousands of years later, this estimation error of monotheism resulted in a ban on earthly reincarnation by Islam. As a result, Muslims lost every connection between inbreeding and reincarnation. But that's a different story.


De werkelijke bedoeling van de mythe was om de stamhoofden van de paradijscultuur voor de monotheïstische seksuele dictatuur te winnen, door incest en inteelt en daarmee de goddelijke macht der stamhoofden over hun aardse reïncarnatie maar voor lief te nemen, als men zich dan wel onder de paraplu van het monotheïsme wilde scharen. Een waarlijk compromis.


Assumptie 19: De mythe van Abraham toont de versmelting van primaire met secundaire religie, waarin het godsbeeld van de patriarch uit de paradijscultuur geprojecteerd werd op de God van het monotheïsme in het parallelle universum.


Assumptie 76: Beschouw de verzameling van stamhoofden in de paradijscultuur als een schijnbaar overgedetermineerde set van vergelijkingen in de godenruimte van het archetype Gods, die door de God van het monotheïsme als per definitie bekende onbekende in één dimensie werd gevat op de principale component: sadomasochisme.



Assumptie 35: De oorsprong van religie is gelegen in de aanbidding van de alpha male. Hij was de concreet zichtbare leider van de groep. Hieruit ontwikkelde zich de nader in te vullen seksuele ideaalprojectie van de man. Maakt men deze zichtbaar in een beeltenis, dan wordt de interne godsprojectie vernietigd en ontstaat onenigheid over de enig juiste God. Daarom is het aanhangers van het monotheïsme verboden om een beeltenis van God te maken. 


Assumptie 36: Het monotheïsme blijft een seksuele dictatuur zolang zij haar gelovigen dezelfde interne godsprojectie weet af te dwingen. Van God mag daarom geen beeltenis worden gemaakt. Want nooit zal een interne God voor allen naar tevredenheid zijn weergegeven.


Assumptie 37: Het polytheïsme gaat met extern geprojecteerde afgodsbeelden over op een meerdimensionele godenruimte, juist omdat over de concretisering van het godsbesef nooit overeenstemming kan worden bereikt. Hierdoor wordt de seksuele ideaalprojectie in de alpha male gerelativeerd.


Assumptie 77: Omdat De God van het monotheïsme een per definitie bekende onbekende is werd het stelsel vergelijkingen van de paradijscultuur niet daadwerkelijk opgelost. De ruimte van de verzameling van stamhoofden werd slechts gereduceerd tot één dimensie: het sadomasochisme. Daarom werd het monotheïsme van islam een onvolkomen reductie van de paradijscultuur, met als gevolg dat de laatste de kern vormt van de eerste.

Assumptie 78: Het monotheïsme van de islamitische cultuur is een gecomprimeerde voortzetting van het monopolytheïsme van de paradijscultuur.



Assumptie 110: Een van de bedoelingen van de mythe van Abraham was om honor killings te voorkomen.

Assumptie 111: Een honor killing is een mensenoffer waardoor de vader zijn geloof in het parallelle universum van Allah bevestigt. De dood van zijn dochter maakt aardse reïncarnatie onmogelijk.

Assumption 111: An honor killing can be seen as a human sacrifice, by which the father desperately confirms his belief in the parallel universe of Allah. By killing his daughter he makes earthly reincarnation impossible (Myth of Abraham).


Assumptie 124: Men zegt wel dat de mythe van Abraham een scharnierpunt is tussen polytheïsme en monotheïsme. Zou het echt? Neen, het was een scharnierpunt tussen reïncarnatie in aardse nazaten en reïncarnatie in het parallelle universum. Want alleen zo stroomde de macht van de duizenden stamhoofden naar de seksuele dictatuur.


Assumptie 137: In de mythe van Abraham versmolt men stam endogamie met etnische en religieuze endogamie. Het was pure seksualiteit. Stamhoofden werden verenigd onder één ondefinieerbare God. Vrouwen mochten vervolgens over alle stammen paren maar moesten binnen de religie blijven. Zo stelde de mythe paal en perk aan autosomale recessieven. Dat was de winst van secundaire religie. Zelfs bood zij het latere christendom een exogame vluchtweg terug naar polytheïsme. Maar islam overspeelde haar hand en trapte in de val van gemengde primaire met secundaire religie. Want een kind kan zien dat stam endogamie vloekt met religieuze endogamie.



(634) 10. God created primary and Secondary religion







cc-by-nc-sa






This work is licenced under a Creative Commons Attibution-Non Commercial-ShareAlike 4.0 International Licence.

No comments:

Post a Comment